Nicolaes Adriaensz van Adrichem, roepnaam Claes, werd geboren in 1538 in Delft als zoon van Adriaen Claeszoon van Adrichem en Baertgen Corssedr van Vliet.
Hij werd vernoemd naar zijn grootvader en mijn voorvader Claes Adriaensz van Adrichem die gehuwd was met Machteld Claes Vranckendr van den Bergh.
Claes werd geboren als vierde kind in het gezin van Adriaen en Baertgen. Er zouden er nog zeven kinderen volgen. Twee van de vier zonen werden Claes genoemd. Claes I overleed op twaalf jarige leeftijd, Claes II was toen vier jaar oud.
Dan zijn er nog vier dochters genaamd Machteld. Machteld II en Machteld III overleden na één dag en één maand. Machteld I bleef leven en werd 52, Machteld IV werd 79 jaar oud. De andere broers en zusjes van Claes waren Christiaen (52), Adriana (33), Maertgen (68), Geertuijdt (55) en Jacob (71). Al deze kinderen trouwden met leden van vooraanstaande familie's. Aan het einde zal ik nog kort wat over ze vertellen.
Vader Adriaen was een rijke graankoopman en brouwer in "het dubbele Cruijs". Claes trad in de voetsporen van zijn vader. Ook hij werd graanhandelaar, net als zijn zeven jaar jongere zus Geertruijdt.
Claes trouwde met de Maria Frans Meerman, roepnaam Maritgen. Ze trouwden in 1559 in de oude kerk in Delft, een dag na kerstmis. Hij was 21 jaar en zij 17 jaar oud en Maria was op dat moment hoogzwanger.
Blijkbaar negeerde Claes de regels van de Hanzedag volledig. Tijdens Hanzedagen werden o.a. afspraken gemaakt over handelsblokkades en militaire acties. Werden deze genegeerd dan volgenden er santies.
Er zijn honderden brieven van Claes bewaard gebleven waardoor ze een mooi kijkje geven in zijn leven. Zijn handel in graan interesseert mij persoonlijk wat minder, het zijn de details over zijn dagelijks leven thuis waar ik geïnteresseerd in ben. Zo blijkt uit de brieven dat zijn vrouw Maritgen een pittig karakter had. Claes vraagt in een van zijn brieven om voor zijn vrouw goed garen te kopen. Niet alleen hijzelf maar ook zijn vrouw moet goedkeuring geven over het garen. Ze is niet alleen kritisch maar ook ongeduldig. Als Claes vier weken later vraagt of hij al garen heeft gekocht, geeft hij aan dat hij niet meer garen hoeft te halen omdat zijn vrouw al betere garen heeft gekocht.
Claes was ook een van de eerste Delftenaren die vanuit de toenmalige Republiek der Nederlanden een schip stuurde naar de westkust van Afrika op zoek naar goud, ivoor en peper. Dit was vóór de oprichting van de VOC. De eerste reis leverde niets op, de volgende des te meer. Hij ontleende er een groot deel van zijn rijkdom aan. Geen prestatie om deze dagen trots op te zijn.
zicht op Delft. Pieter de Hooch |
Claes nam na de dood van zijn vader waarschijnlijk diens brouwerij over want ook hij was eigenaar van brouwerij "het Dubbele Cruijs". Claes heeft ook meerdere panden van de in die tijd chique "Oude Delft" bewoond. Waaronder "Het wapen van Portugal", Oude Delft 75, later Huis Portugal genoemd. Rond 1600 woonden Claes en zijn vrouw hier. Claes was op dat moment ook eigenaar van het buurhuis op de hoek. Voor het "Huis Portugal" wil Maritgen graag twintig voet droge "Pruysse delen", de blankste planken die de werknemer van Claes kan krijgen. Deze moeten in de beste kamer worden gelegd. Het moet echt van de allerbeste kwaliteit zijn en er mag aan boord geen enkele spijker in worden geslagen om de lading onderweg vast te leggen. Claes vraagt; "wilt u mij puike delen zenden, want daar zult gij mij huisvrouw een goede vriendendienst mee bewijzen, want gij weet wel dat de vrouwtjes zeer gesteld zijn op de blankste en gaafste delen" aldus Claes. De Hollandse huisvrouwen stonden blijkbaar bekend om hun veeleisendheid!
Maritgen Meerman, 21 jaar |
Claes was niet alleen korenkoper en brouwer net als zijn vader, maar ook trad hij in zijn voetstappen als burgermeester van Delft. In 1585 werd hij, zevenenveertig jaar oud, burgermeester van Delft. Eén jaar nadat Willem van Oranje werd vermoord in Delft.
Ook is Claes diaken geweest (1574, 1579), veertigraad (1575), schepen (1575, 1579), weesmeester (1577) en dus burgermeester (1572,1591). Werd je benoemd in de veertigraad dan was dat een benoeming voor het leven. Het was het adviescollege van het stadsbestuur. Het stadsbestuur bestond uit vier burgermeesters en zeven schepenen. De veertigraad bestond uit de veertig rijkste en nobelste inwoners van de stad. Claes trad als burgermeester in 1606 na de dood van zijn vrouw Maritgen. Hij was toen zevenenzestig jaar oud. Kort daarna overleed Claes zelf op achtenzestig jarige leeftijd. Zowel hij als zijn vrouw liggen begraven in de Oude kerk in Delft.
Claes was een rijk man, hij heeft in zijn leven meerdere panden in bezit gehad aan de Oude Delft, waaronder nr. 126, 69 en 83. Op de website achterdegevelsdelft.nl kun je meer vinden over de panden en hun bewoners. Echt een aanrader als je geïnteresseerd bent in de geschiedenis van deze panden en voor mij als stamboomonderzoeker een schatkist aan informatie.
Boudewijn de Man, gehuwd met Maritgen Claesdr van Adrichem |
Ook bezat Claes grond in vele plaatsen rondom Delft. Claes' dochter Maritgen bewoonde na de dood van haar vader samen met haar Echtgenoot Boudewijn de Man het huis aan de Oude Delft 126. Boudewijn was een kunstliefhebber en in het huis hingen bij zijn faillissement in 1643 vijfenzestig schilderijen waaronder een Rembrandt en een Rubens. (Hier vind je meer informatie over de collectie) Het geeft aan dat de van Adrichems tot de elite van Delft behoorden.
Schilderij van Rubens uit de failliete boedel van Boudewijn de Man. Hangt nu in de Hermitage in St. Petersburg. |
Ook Claes' broer Jacob zou in 1613 en 1617 burgermeester van Delft worden. En diens zoon Joost in 1628 en 1644. Hij was daarmee de laatste van Adrichem die burgermeester van Delft zou worden. De van Adrichemstraat in Delft is vernoemd naar deze vier burgermeesters van Adrichem.
In het Nationaal Archief in Den Haag is nog het archief te vinden van Claes Adriaensz. van Adrichem en zijn vader Adriaen Claesz. Het bestaat voornamelijk uit papieren en stukken over de handelsboeken en -rekeningen, staatsboeken en correspondentie, maar ook kaartjes met de landerijen die de familie bezat en een familieregister. Ook moet er bij het Notarieel archief in delft nog een testament van Claes liggen en het rechterlijk archief zijn trouwakte. Ooit wil ik dit nog in gaan zien, wie weet levert het informatie op over mijn directe voorouders, waar ik zelf weinig over kan vinden.
Baertgen, de dochter van Claes en Maritgen. |
De oudste broer van Claes was Christiaen Adriaensz van Adrichem (1533 Delft- 1585 Keulen), hij was priester, over hem zal ik een andere keer meer vertellen.
Zus Machteld Adriaens van Adrichem (1535 Delft-1597 Naaldwijk) trouwde met Adriaen Arelwijn Pietersz van der Made. Adriaen was ook brouwer en graanhandelaar, veertigraad, schepen, regent en havenmeester. Hun enige zoon Arlewijn was ook brouwer in de eerder genoemde brouwerij "Dubbele Cruijs", maar werd later door zijn vader onterft omdat hij liever priester wilde worden. Ook was hij hoogleraar filosofie en stierf op 33 jarige leeftijd in Keulen.
Jongere zus Adriana Adriaens van Adrichem (1540 Delft-1574 Utrecht) trouwde met Frans Pieter van Overschie. Ook hij was korenkoper. Het echtpaar bewoonde ook het Huis Portugal aan de Oude Delft 75 voordat broer Claes er ging wonen. Frans en Adriana kregen samen dochter Aeltjen Fransdr van Overschie, de moeder van Hugo de Groot.
Aeltjen Fransdr van Overschie |
Maertgen Adriaens van Adrichem (1542 Delft-1611 Delft) trouwde met Philips van der Goes. Zij woonden aan de "Gouden Reaal" aan de Koornmarkt in Delft. Philips zou een van de gangmakers geweest zijn van de beeldenstorm in Delft. Hij werd daarna kapitein bij de Watergeuzen. Hij overleed in de 80 jarige oorlog.
Geertijdt Adriaens van Adrichem, roepnaam Geerthe (1545 Delft- 1600 Delft) zij was getrouwd met IJsbrant Govertsz Overschie die stierf op 32 jarige leeftijd en trouwde later met Jan Reijersz van den Burch, ook hij stierf op 32 jarige leeftijd. Geerthe was Moeder van het oude Gasthuis in 1598 en eigenaresse van brouwerij de Hartshoorn aan de Oude Delft. Ook was ze net als haar broer Claes graanhandelaar. Haar schoonvader Reijer Hendrycks van den Burch was ook veertigraad te Delft en had brouwerij de Rosbel aan de Oude Delft. Geerthe voelde zich niet goed toen ze 22 november 1600 van huis ging, en overleed in het huis van een kennis.
Jacob Adriaens van Adrichem (1547 Delft-1619 Delft) hij was brouwer in ‘de (Diamanten) Ring (1575), havenmeester (1590-1592, 1605-
1607), meester van het Oude Gasthuis (1580-1606), veertigraad (1607-1619), regent van het Oude
Mannenhuis (1608-1619), schepen (1611, 1612), burgemeester (1613, 1614, 1616, 1617) en
weesmeester (1615) van Delft. Hij trouwde met Elisabeth Bruijns van der Dussen, zij overleed op jonge leeftijd waarna hij trouwde met haar elf jaar jongere zus. Ook zij overleed jong op negenendertig jarige leeftijd waarna hij voor de derde keer in het huwelijk trad met Maritgen Ariens. De vader van de zussen Van der Dussen was Bruijn Jacobsz van der Dussen, ook brouwer, veertigraad en burgermeester van Delft.
Zus Machteld (IV) Adriaens van Adrichem (1551 Delft- 1630 Delft). Ik heb niet kunnen vinden of zij gehuwd is geweest en/of kinderen heeft gekregen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten